Methode:

Praktische Logica

©


Onderzoek en advies voor

juridische doeleinden.



Psychologisch onderzoek:


Onderzoek naar de rol van psychische factoren die in juridische context van belang zijn.
Bijvoorbeeld iemands mate van arbeidsgeschiktheid, psychische schade of beperking, gedragsproblemen, toerekeningsvatbaarheid, ..
Dit kan via meerdere wegen worden onderzocht: interview, psychologische tests en checklists, maar ook aan de hand van van schriftelijke stukken, gedragsbeschrijvingen, enz..
Zie ook het dienstenaanbod Psychologisch onderzoek

Tekstanalyse:


Analyse van teksten op aspecten van duidelijkheid, aannemelijkheid en argumentatie .
Zie ook Tekst- en argumentatie-analyse

Oorzaak-gevolg analyse:


Over acties en reacties in complexe situaties.
Analyse van bijdragen van de verschillende betrokkenen in een gebeurtenis: invloeden, keuzemogelijkheden en verantwoordelijkheden.
Zie ook Logica in de praktijk

Cliënt-ondersteuning:


Deskundige psychologische steun en coaching voor belanghebbende tijdens juridisch traject.
Waar nodig behandeling van stress, psychotrauma, en dergelijke.
Zie ook Advies en counseling

Psychologie en logica in juridische kwesties:



Veel juridische kwesties gaan over gedragingen van mensen. De factoren die deze gedragingen bepalen kunnen nogal complex zijn, en een goed begrip hiervan vraagt om een psychologische analyse die op de eerste plaats logisch valide is.
Bovendien is de overtuigingskracht van een juridisch betoog vaak afhankelijk van aannamen over menselijk functioneren.
Het gaat dan met name om 'oorzaak-gevolg' in menselijke reacties.
Bijvoorbeeld:

Oorzaken van menselijk gedrag:


(·) Hoe waarschijnlijk is een bepaalde reactie in een bepaalde situatie?
(·) Hoe kunnen we in complexe gebeurtenissen onderscheid maken tussen oorzaken en gevolgen, acties en reacties, daders en slachtoffers?
(·) Wat is de invloed van secundaire factoren op menselijk gedrag, zoals: woon-, en werk-situatie, eventuele stressfactoren, het verleden, medicatie en drugs, enz..

Invloeden tussen mensen:


(·) In hoeverre kunnen mensen elkaar beïnvloeden, sturen of dwingen tot bepaalde keuzes en reacties?
(·) Een bekende theorie over menselijke interacties is het 'escalatiemodel' of 'spiraalmodel': conflicten tussen mensen of groepen ontstaan als gevolg van een oplopende 'spiraal' van acties en reacties, waarin iedere betrokkene evenveel inbreng heeft. Maar is dit altijd geldig? En hoe kunnen we dat bepalen?

Slachtoffers, daders:


(·) Wanneer is iemand 'slachtoffer' van omgeving of anderen?
(·) Kan een 'dader' (verdachte) tegelijk ook 'slachtoffer' zijn van zijn eigen gedrag, emoties of impulsen? Zo ja, hoe werkt dit dan? En hoe ver gaat deze invloed?

Toewijzen van verantwoordelijkheid:


(·) Hoe kunnen we bepalen in welke mate verschillende mensen in een complexe situatie vrije keus hebben, dat wil zeggen, controle hebben over zichzelf, en volledig verantwoordelijk zijn voor hun eigen gedrag - en voor de gevolgen?

De rol van informatie in reactiepatronen



(·) Wat kan iemand op een bepaald moment wel en niet weten of beseffen?
(·) Hoe aannemelijk is een bepaalde bewering over iemands weten of kunnen?
(·) Wat zijn de verbanden tussen willen, weten en kunnen?

De rol van communicatie en taalgebruik



(·) Welke gedragingen en uitingen zijn eenduidig te begrijpen, en welke niet?
(·) De macht van taal: effecten van taal en betekenis.
  (kennis-overdracht of desinformatie, verheldering of verwarring, belofte of bedreiging, enz.).
(·) Trucs en drogredenen in communicatie: hoe werken ze, en hoe zijn ze te herkennen.

Bewijsvoering in juridische context.



(·) Toetsen van een betoog op bewijskracht.
(·) Weerleggen van een betoog.
(·) Verbeteren van bewijskracht.